Van vader op zoon
Veehouderijen zijn al meer dan 100 jaar een belangrijk onderdeel van de agrarische gemeenschap in de Peel. De huidige generatie profiteert nog steeds van het werk dat onze voorouders verrichtten. De grote en innovatieve bedrijven van nu, zijn veelal gestart als gemengde bedrijven met veeteelt en landbouw. De hongerwinter van 1944 wilden de Peelbewoners nooit meer meemaken, dus besloten ze zelf voor hun voeding - vlees en groenten - te zorgen. Om te overleven in de Peel moest je dus hard werken. Het overgrote deel van de agrarische bedrijven ging na jaren over van vader op zoon, met inmiddels vaak de derde generatie aan het roer.
In al die jaren veehouderij is er natuurlijk flink wat verandert. De gemengde bedrijven gingen in de 60’er en 70’er jaren over in aparte varkens- en rundveehouderijen, de techniek heeft zijn intrede gedaan in de branche, prijzen en wetgeving zijn veranderd en gezondheid is een belangrijke rol gaan spelen. Het resultaat? Grote en innovatieve familiebedrijven om trots op te zijn! Maar helaas ook individualisering van de boer, slachter, slager en consument.
Waar een veehouder of slager vroeger zaken deed op basis van persoonlijk contact met mensen uit zijn dorp, weet je tegenwoordig als veehouder of slager niet eens meer waar je dieren naar toe gaan of waar je vlees vandaan komt. Als consument kunt u de achtergrond van dat wat er op uw bord ligt dus niet achterhalen. De afstand tussen boer en burger is langzaam steeds groter geworden.